Geschiedenis spoorwegen
in en om
Roosendaal

 
Niets uit deze website mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, door middel van kopie, op digitale of welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van auteur en/of webmaster.
 
 
 

1. Het seinhuis B te Roosendaal

 
 
Het seinhuis B, 1907-1957, zoals het er in de eerste halve eeuw uitzag. Tekening Marius Broos, Roosendaal.
 
 
Het seinhuis B, noordwestzijde, 1961. Een deel van de ramen werd in 1957 gewijzigd en de dakkapel afgebroken, waardoor het fraaie uiterlijk van het gebouw flink werd aangetast. Tegelijkertijd sneuvelde de dakkapel aan de noordzijde. Die diende voor de inval van voldoende licht op de handelinrichting.
 
De wijziging aan de ramen was kennelijk nodig om nog meer zicht te krijgen op het heuvelen en rangeren. Die aantasting van het seinhuis werd door de NS in eigen beheer uitgevoerd en gebeurde zonder een bouwvergunning bij het Roosendaalse gemeente-bestuur aan te vragen. De schoorsteen staat op de plaats van de vroegere dakkapel. Vroeger stond er een veel kleinere aan de oostzijde van het gebouw.
 
Op de voorgrond staan opzichter Nieuwkamer, voorman (Piet of Bertus) van de Zande en arbeider 1e klasse/plakker Maas. Uit het raam hangt seinhuiswachter Pellemans.
 
 
Locomotief NS 538 nadert op zondagochtend 12 mei 1974 met een paar wagens het seinhuis B te Roosendaal. Rangeerder Janus Sep hangt aan een wagen 'buiten boord' en op de locomotief kijkt machinist Kees de Kok of alles nog naar wens gaat.
 
 
Links: Eén van de seinhuiswachters in seinhuis B staat aan de telefoon, circa 1960. De ramen zijn sinds 1957 inmiddels gewijzigd.
De verwarming gebeurt door een potkachel, die in de erker in het midden van het seinhuis staat, vandaar dat de schoorsteen nu uit de erker stak. In vroeger jaren stond de kachel rechtsachter in de hoek. Dat gaf natuurlijk geen comfortabele verwarming, maar of dat vele enkel glas aan de noordzijde van het seinhuis wel bijdroeg aan een gerieflijk klimaat in de winter, mag worden betwijfeld.

 
Rechts: Gezicht op de handelinrichting in het seinhuis B, die nog tot mei 1994 in gebruik bleef en zo een leeftijd van 87,5 jaar haalde. Vervolgens bleef seinhuis B ruim twintig jaar lang leeg staan, in afwachting van een museumwaardige toekomst. Pas in 2013 werd het seinhuis op last van ProRail naar elders verplaatst, compleet met inmiddels sterk verroeste handelinrichting. De Stichting tot Behoud van Industrieel Erfgoed liet het uitwendig opknappen, maar inwendig is er tot nu toe niets aan de handelinrichting gebeurd.
 
 
Het seinhuis B, zuidwestzijde, 1969. De omgang was er vanaf het begin. Die diende uitsluitend voor het schoonmaken van de ruiten, vandaar dat er aan de muur een soort ringleiding was bevestigd om je daaraan tijdens dat werk vast te houden of vast te leggen. De trap is nog volledig origineel, dus uit 1907. Ook het overpad ligt nog op zijn originele plek.
 
Andere aanpassingen zijn het verleggen van het voetpad naar de oostzijde van het seinhuis bij de verlenging van het tweede perron in 1972 en het omstreeks 1990 vervangen van de originele trap uit 1907 door een nieuwe van aluminium. De nieuwe is minder steil dan zijn voorganger. Na het aanbrengen van een hekwerk op de omgang in 1972 bleef de ringleiding gewoon intact. Ook het in 1973 afgebroken veel grotere seinhuis C had geen hekwerk op de omgang en bevond zich toen nog volledig in originele toestand.
 
 
Het seinhuis B was tot in 1972 bereikbaar via een pad, bestaande uit afgedankte houten dwarsliggers en dat precies aan het einde van het tweede perron begon en meteen haaks de sporen overstak om bij de trap van het seinhuis B te eindigen. Het perron zelf is vanaf 1972 in een drietal fasen uitgebreid tot hetgeen wat er nu buiten de overkapping ligt. Tot die tijd hield het perron bij het einde van de overkapping op. De (kop-)sporen zijn dienovereenkomstig gewijzigd. In de verte (op zo'n 350 meter verwijderd van de plek van de fotograaf) is het seinhuis C met bijbehorende seinbrug te zien.
 
Een nog groene 'hondekop' is als trein van Vlissingen naar Amsterdam zojuist vertrokken; het sein op de seinbrug staat op veilig. Was in de jaren zestig gewoonlijk een viertje voldoende voor het aantal reizigers, tien jaar later zag je al twee viertjes en een tweetje in deze treindienst. Op de achtergond staat het seinhuis C met de sinds 1957 grootste seinbrug in Roosendaal. Foto uit brochure: 'Roosendaal, a railway town in development', uitgave Gemeentebestuur Roosendaal, 1966.
 
 
Een foto uit 1937 van Pieter Penneweert, opzichter Seinwezen, laat het overpad in vroegere tijd zien, al was dat wel wat simpeler uitgevoerd dan in de jaren zestig. Ook blijkt hieruit dat de omgang nog in de originele toestand is met kleine ribgewelven.
 
 
Een foto uit 1925, gemaakt met een telelens vanaf het tweede perron aan de westzijde, laat zien dat de ligging van de sporen tussen het reizigersgedeelte en het goederenemplacement bijna volledig was gescheiden. Alle (goederen)treinen vanaf spoor 7 vertrokken langs de noordzijde van het seinhuis B. Pas in de jaren dertig werd het mogelijk om goederentreinen op de sporen 7 en 8 naar het spoor 9 te leiden en dan verder ten zuiden van het seinhuis B naar Breda of Rotterdam te laten vertrekken.
 
Het gebruik van een telelens geeft ook een prachtig visueel effect op de wisselstraat tussen de sporen 6, 7, 8 en 9, en vervolgens ook de rij seinpalen op het goederenemplacement. In de verte is het (anderhalve meter hoger dan seinhuis B zijnde) seinhuis D op het tractieterrein en de locomotievenloods van de HIJSM te ontwaren (en uiterst links de 'Hoge Bergen').
 
De 'Hoge Bergen' ontstonden in de jaren 1905-1907 als depot van afgegraven grond om het nieuw aan te leggen emplacement in zijn geheel op een hoogte van 4,50 meter boven NAP te brengen. De 'Hoge Bergen' werden in 1987 afgegraven, want de NS kon toen het zand verkopen voor fl. 1,00 per kubieke meter in de wegenbouw. Op deze plaats ligt nu de grintwasinstallatie.
 
 
Gezicht vanaf de 'Hoge Bergen' op het emplacement Roosendaal met links de (voormalige) douanegoederenloods en rechts het seinhuis B met de bijbehorende seinbrug, 3 augustus 1975. Op de voorgrond liggen sportvelden en kleedruimten van de 'Spoorweg Sport- en Ontspannings Roosendaal' (SSVR).
 
 
Gezicht op de rangeerheuvel en de bijbehorende seinbrug, circa 1970. Alles is nog compleet aanwezig, zoals aangelegd in de jaren 1907-1914. Alleen ontbreekt aan de middelste paal een (voor)seinarm. In de verte staat het seinhuis C met de bijbehorende seinbrug. De locomotor (links op het zijspoor) stond in voor het opdrukken van te vroeg gestopte wagens naar het gewenste spoor of het ophalen en opnieuw plaatsen van naar een verkeerd spoor afgelopen wagens.
 
 
In 1986 werd het vroegere spoor rechts met wisselverbindingen opgebroken. Duidelijk is te zien hoe delen van de Engelse wissels zijn weggehaald. Op dit spoor stond altijd de locomotor voor het opdrukken van te vroeg gestopte wagens naar het gewenste spoor of het ophalen en opnieuw plaatsen van naar een verkeerd spoor afgelopen wagens. Tegelijk met het opbreken van het spoor en de wisselverbindingen werd het desbetreffende sein van de seinbrug gehaald en de handelinrichting in het seinhuis B uitgekleed.
 

2. Rondom het seinhuis B op bevrijdingsdag 1987

 
In maart 1987 verscheen een boekje met als titel ‘Roosendaal, een spoorwegstation als ’s lands voorportaal’. Het eerste exemplaar werd overhandigd aan de toenmalige rayonchef J.A. Veen, die als zodanig in dienst was van medio 1984 tot eind 1987. Het was voor mij de gelegenheid hem te vragen een bezoek te mogen brengen op plaatsen die normaal niet voor het publiek toegankelijk zijn. Hij kwam zijn toezegging na en regelde via zijn groepschefs enkele excursies in april en mei 1987. Dat bracht mij op 5 mei 1987, nu dus bijna 35 jaar geleden, tussen de sporen rondom het seinhuis B, waar het toen nog een komen en gaan was van goederentreinen en zelfs een enkele posttrein.
 
 
Op het emplacement van Roosendaal stonden tot de modernisering in 1994 een groot aantal rood-witte seinpalen. Hun oorsprong ging terug in de regelgeving bij de 'Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen'. Zo er nu op een ochtend nauwelijks of niets meer gebeurt, zo druk was het nog op 5 mei 1987. Roosendaal telde nog mee in de goederendienst. Treinen werden samengesteld en gesplitst. Af en toe gebeurde er nog een 'stootje'. Goederentreinen kwamen aan en vertrokken na een wisseling van machinist of het in- en uitzetten van enkele wagens, in plaats van thans over spoor 2 tussen de beide perrons voorbij te rijden.
Van links naar rechts zijn te ontwaren: locomotieven NS 1150, 362, 1311, 624, 1220 (en erachter een 1300) en twee 24/2500'en.
 
 
Nog een plaatje met van links naar rechts: locomotieven NS 1311, 1119, 624, 1220 (met erachter een 1300) en twee 24/2500'en.
 
 
Op de beide kopsporen aan de oostzijde van het tweede perron staan de locomotieven NS 1654 (en erachter NS 1145) en 'Benelux-hondekop' NS 1202 als reserve. Helemaal rechts is het seinhuis B uit 1907 te zien. Het is sinds 2001 een Rijksmonument en wachtte op verplaatsing naar elders.
 
 
In 1987 was de rangeerheuvel al enkele jaren buiten dienst. Kijfhoek had volledig de functie van Roosendaal als groepshoofdstation in het goederenvervoer overgenomen, zodat een rangeerheuvel in Roosendaal niet meer nodig was. De hinderwetvergunning liep af en een nieuwe werd niet meer aangevraagd, zeker ook omdat de NS dan moest gaan voldoen aan nieuwere regelgeving.
 
Enkele maanden voor het maken van de foto was het spoor rechts met wisselverbindingen opgebroken. Duidelijk is te zien hoe delen van de Engelse wissels zijn weggehaald. Op het vroegere spoor stond altijd de locomotor voor het opdrukken van te vroeg gestopte wagens naar het gewenste spoor of het ophalen en opnieuw plaatsen van naar een verkeerd spoor afgelopen wagens. Tegelijk met het opbreken van het spoor en de wisselverbindingen werd het desbetreffende sein van de seinbrug gehaald en de handelinrichting in het seinhuis B uitgekleed. Slechts de bovenleiding bleef nog wat langer hangen.
 
 
Elke ochtend tegen half elf vertrok er een posttrein van Roosendaal naar 's-Hertogenbosch. Vanaf het EKP aan de Kade ging het over het goederenemplacement langs het seinhuis B, waar op 5 mei 1987 het sein op veilig kwam te staan voor mP 3002 en vier gP's. Links stond locomotief NS 1311 te wachten met een wagenladingentrein naar Kijfhoek.
 
 
Na het vertrek van de posttrein is het de beurt aan locomotief NS 1311 met een wagenladingentrein uit Belgie naar Kijfhoek.
 
 
Na de goederentrein was er gelegenheid voor rangeerwerk. Locomotief NS 624 heeft zojuist de laatste wagen van een rangeerdeel een 'stootje' gegeven. Als vanzelf rolt hij naar het goede spoor. Onder de seinbrug is het gebouw voor de rangeerdienst te zien. Het is een restant van het vroegere water(reservoir)gebouw uit 1907. Rechts daarvan staat het gebouw van de Centrale Verkeersleiding (CVL) in de regio Zuid-West uit 1972. Overigens werd de rangeerheuvel opgebroken in 1991 en seinbrug in 2002 verplaatst naar het tractieterrein.
 

3. Een tweede leven op het vroegere tractieterrein

 
 
BIj de restauratie en verplaatsing bleef de seinbrug in de toestand, zoals hij was na het buiten gebruik stellen in 1994. De foto is gemaakt op 8 april 2013, in de tijd dat de locomotievenloods volledig leeg stond en al flink werd aangetast door wind en water.
 

Verhuizing en renovatie seinhuis B Roosendaal voltooid
Seinhuis B in Roosendaal, ontworpen door spoorwegarchitect ir. G. van Heukelom en gebouwd in 1907, was in 1994 één van de laatste klassieke posten van ons land die buiten dienst werd gesteld. Na de laatste dienst stond het seinhuis jarenlang ongebruikt tussen de sporen op het Roosendaalse stationsemplacement. Het gebouw, dat enige tijd na de buitendienststelling op de monumentenlijst werd geplaatst, raakte meer en meer in verval vanwege gebrek aan onderhoud. Door de ligging te midden van de sporen was het geven van een nieuwe bestemming aan het gebouw, zoals het openstellen voor publiek, niet mogelijk. Uiteindelijk werd besloten om seinhuis B ongeveer 1,5 kilometer te verplaatsen en een nieuwe plek te geven bij de monumentale loods, waar eerder ook al de klassieke seinbrug naartoe was verhuisd.

 
Op 10 en 11 april 2013 vond de verhuizing plaats, waarbij het 240 ton wegende gebouw op spectaculaire wijze over de weg werd vervoerd naar de nieuwe bestemming. Daarna is de post van binnen en buiten volledig gerenoveerd, waarbij de schijvenkelder, deels met behoud van authentieke details, een nieuwe bestemming als kantoorruimte kreeg. De verdieping werd opgeknapt, waarbij de handelinrichting behouden bleef. Met de verhuizing en renovatie van het seinhuis was in totaal 1,8 miljoen euro gemoeid, betaald door ProRail, provincie Noord-Brabant, gemeente Roosendaal en stichting BOEi (Nationale Maatschappij tot Behoud, Ontwikkeling en Exploitatie van Industrieel Erfgoed). Na afronding van de renovatie werd het seinhuis in november 2013 door ProRail aan stichting BOEi overgedragen.
 
 
Het seinhuis B volgde (compleet met een verroeste handelinrichting) pas in 2013. Vervolgens werd de buitenkant zeer ingrijpend gerestaureerd, met een totaal afwijkend en zeer lelijk hekwerk op de omgang. De vroegere dakkapellen kwamen uit geldgebrek niet terug. Of de kleurstelling van ramen en deuren precies juist is, blijkt niet uit foto's uit een ver verleden.
 
 
De (flink uitgeklede) handelinrichting in het seinhuis B, die nog tot mei 1994 in gebruik was gebleven en zo een leeftijd van 87,5 jaar haalde, bleef bijna twintig jaar lang onaangeroerd, in afwachting van een museumwaardige toekomst.
 
 
Een verplaatsing van alleen de handelinrichting naar een museumspoorwegbedrijf zat er helaas niet in vanwege een tegenwerkend gemeentebestuur. Alleen dan was een restauratie door vaklieden misschien nog mogelijk geweest. Inmiddels zijn die na dertig jaar bijna niet meer aanwezig.
 
 
Nog een plaatje van de inmiddels sterk verroeste handelinrichting. Pas in 2013 werd het seinhuis met medewerking van ProRail naar het tractieterrein verplaatst, compleet met de inmiddels sterk verroeste handelinrichting. En zo staat het er nog steeds bij.
 
 
De Stichting tot Behoud van Industrieel Erfgoed liet gebouw uitwendig opknappen. Opmerkelijk veel van de houten kapspanten kon behouden blijven.
 
 
Het foeilelijke hekwerk op de omgang maakt het gebouw er niet mooier of authentieker op. Het is zelfs een flagrante schending van het uiterlijk. Had alstublieft de toegang tot de omgang voorgoed onmogelijk gemaakt en in plaats daarvan de vroegere dakkapellen opnieuw aangebracht.
 
 
Alleen met Open Monumentendag is het vroegere seinhuis B slechts één dag in dat jaar toegankelijk. Maar er gaan ook even goed jaren voorbij, zonder dat er iemand een kijkje kan komen nemen. De foto is gemaakt op 11 september 2020.
 
 
Behalve het foeilelijke hekwerk op de omgang van het gebouw vormt het vroegere seinhuis B met de locomotievenloods een aardig ensemble uit vroegere tijden, 18 juli 2017.
 
Meer informatie over het station Roosendaal is te vinden in het boek 'Roosendaal, een spoorwegknooppunt als 's lands voorportaal in het zuiden, 1854-1996'.